De kleurtrillingen van gedachten​

​

Beeld: Een molen met draaiende wieken.

Aan de wieken hangen vlaggetjes in verschillende kleuren.

​

De leraar vertelt: De molen staat voor het malen van de denkkap.

De gekleurde vlaggetjes betekenen dat iedere gedachte correspondeert met een bepaalde trilling in de mens.

Het zijn de kleurtrillingen van de gedachten, corresponderend met de kleurtrillingen van de chakra's.

Bijvoorbeeld: Wanneer de mens een woede-gedachte heeft, is het een gedachte die een rode trilling heeft.

Of als een mens in gedachten bezig is met de seksualiteit, bijvoorbeeld in het vertellen van een 'schuine mop', dan produceert hij een oranje trilling.

​

Kleurtrillingen 

Rood: Deze staat voor de woede in de mens.

De rode trilling is helemaal op zichzelf gericht, de mens in de rode trilling herkent een ander mens niet.

Oranje: De mens in de oranje trilling maakt onderdeel uit van een groep, in het alleen-zijn bestaat hij niet.

Aan de woede die de mens voelt in de oranje trilling zit macht vast.

De mens in deze trilling heeft geen invoelingsvermogen en relateert alles aan zijn eigen emoties: 'ik weet wat jij voelt'.

Geel: De mens in de gele trilling gaat ontdekken over ‘jij en ik’.

In de rode en oranje trilling zit de mens nog in het wij-gevoel. In de gele trilling begint hij zich daar bewust van te worden.

Groen: De mens in de groene trilling gaat ontdekken dat er ook iets anders moet bestaan dan alleen maar het mens-zijn. De mens in de groene trilling gaat op zoek naar wie hij denkt dat God is.

Blauw: De mens in de blauwe trilling weet van de geestelijke wereld, weet van de stoffelijke wereld, maar kan dit nog niet bij elkaar brengen. Hij maakt voor het eerst contact met de ‘kabouter’ in zichzelf.

De mens in de blauwe trilling gaat ervaren dat hij met dubbele ogen kijkt. De stof-ogen en de geestelijke-ogen. Hij ervaart meerdere lagen in wat hij ziet en begint in zijn wereld symbolen te ontdekken.

Hij denkt in het contact met paranormale zaken contact met de Wereld van de Wijsheid te hebben. Hij begint te herkennen dat emoties hem op een dwaalspoor kunnen brengen.

Paars: De mens in de paarse trilling is wel aanwezig in de stof, maar vindt datgene wat uit de geestelijke wereld komt veel belangrijker dan wat er uit de stofwereld van hem gevraagd wordt. Deze mens zal steeds opnieuw een keus maken voor de ‘kabouternatuur’ in zichzelf.

​

***