Godsdiensten
Twee opengevouwen slanke handen zijn er te zien. Het zijn ongetwijfeld de handen van een leraar.
In zijn handpalmen ligt een boek. Dit lijkt op een oud, in goud op snee gebonden brevier. De kleine onleesbare lettertjes zijn gedrukt in een hele ouderwetse stijl.
De leraar laat zien dat in het boek verschillende gekleurde lintjes zitten, die als bladwijzers dienen.
Zijn hand pakt zo'n lintje, slaat het naar achteren en hij gaat bladeren in het boek.
De prachtige gekleurde beeltenissen die te zien zijn op verschillende bladzijden, roepen herinneringen op aan een bijbeltje.
U zag al in dit beeld dat wij u willen laten zien hoe de Wereld van de Wijsheid zich verhoudt met alle godsdienstvormen die op deze planeet aanwezig zijn. Want vrij veel mensen hebben toch de indruk: die Wereld van de Wijsheid, wat is dat voor een rare toestand?
Ik ben opgegroeid met de hemel en de hel en God die op de troon zit in de hemel.
De godsdiensten hebben dit kunnen verkopen aan hun achterban, waardoor iedereen daar plaatjes, daar beelden over heeft.
Dit laat zien dat de godsdiensten, zoals die op deze planeet worden gehanteerd en beleefd, altijd mensenwerk zijn.
Het lijkt heel vreemd wat wij nu vertellen, want iedereen gaat er vanuit dat zo'n bijbel is doorgegeven door God, door engelen en dat Jezus heeft geleefd. En kijk ook maar even in al die andere boeken, waarin verteld wordt dat ook Boeddha heeft geleefd, en ga zo maar door…
Toch zeggen wij dat er vanuit de Wereld van de Wijsheid, in de loop der eeuwen, steeds mensen naar deze planeet gezonden zijn om lessen te geven aan de mensen die al zover waren.
Deze lessen worden altijd in symbolentaal verpakt, omdat dit de taal is van de Wereld van de Wijsheid.
En als u kijkt naar alle heilige boeken, blijkt dat de inhoud in deze heilige boeken alleen maar uit symbolentaal bestaat en dat is prachtig als men dat weet en daarmee aan de slag kan gaan.
Maar heel vaak kijken mensen met hun denkkap naar deze teksten, zien het als feitelijke tekst en peuren er allerlei regeltjes uit die opgevolgd moeten worden. Dus hierin laten we zien dat alle godsdiensten mensenwerk zijn en door mensen worden vormgegeven. Veel mensen vinden daar ook troost in, vinden daar houvast in, vinden daar steun in en dat vinden wij prima en dat zullen we hen ook niet afpakken.
Maar u merkt ook dat mensen die al wat verder op hun pad van bewustzijnsontwikkeling zijn, weer gaan zoeken. Deze mensen voelen zich niet meer thuis bij de godsdienstvorm die zij van huis uit hebben meegekregen en gaan op zoek naar andere godsdiensten in de hoop dat die beter aansluit bij hun eigen kijk, bij hun eigen mogelijkheden, waardoor hun honger naar de waarheid wordt gestild en waarin ze weer steun, rust en een gevoel van bezadigdheid, een gevoel van: nu weet ik hoe de wereld er uitziet, gaan ervaren.
Men vraagt zich af: hoe zit het bij de boeddhisten, of hoe zit het bij de hindoes, of hoe is het bij de israëlieten / het jodendom?
Maar het blijft mensenwerk en als de mens alleen maar op zoek gaat naar andere godsdienstvormen, dan blijft hij hangen op dezelfde graad van bewustzijn en komt hij niet verder.
Want mensen die al verder op hun pad zijn, zoals wij dat steeds benoemen, dienen naar binnen te keren en dienen vanuit hun eigen wezen contact te leggen met de Wereld van de Wijsheid.
Wij zijn met zeven leraren en als u kijkt op deze planeet dan zijn er zeven wereldgodsdiensten.
Dat zijn: het jodendom, de islam, het christendom, het hindoeïsme, het boeddhisme, de bahai en het animisme (de voorouderverering).
Dus één van de leraren heeft aan de wieg gestaan van het christendom, één heeft aan de wieg gestaan van het boeddhisme en zo heeft iedere godsdienstvorm één van de leraren als leidraad genomen, als voorbeeld genomen.
Wij zijn leraren voor alle wezens die op deze planeet aanwezig zijn. Maar ook voor de wezens, de entiteiten, die nog de menselijke vorm kennen vanuit vroegere menselijke existenties.
Wij hebben de taak om al deze wezens verder te helpen op hun pad.
Toch merken wij dat als de mens zich eenzijdig afscheidt van de andere zes leraren en zich alleen bezig houdt met één godsdienstvorm, hij maar een klein stukje uit de taart hapt. In dat stukje taart denkt hij dan allerlei antwoorden te vinden, maar hij vindt enkel allerlei tegenstellingen.
Want als u alleen maar ziet hoe volgens de bijbel gekeken wordt naar de Wereld van de Wijsheid, dan wordt er gesproken over de hemel en de hel.
De hemel en de hel worden in de godsdiensten gezien als twee aparte werelden en men brengt een scheiding aan tussen de donkere en de lichte trillingen. Maar de Wereld van de Wijsheid is alles.
Bij ons is alles aanwezig, ook de donkere en de lichte trillingen. Wij maken geen onderscheid.
Wij oordelen niet en staan hier niet met een waarschuwend vingertje klaar zoals in kerken vaak wel gebeurd en men zegt: 'Dit is zonde en dat moeten wij afzweren', en dan heeft men het over hel en verdoemenis.
De wezens, die een omweg maken en in contact staan met de donkere, zware energieën, die de mens 'de hel' noemt, zijn niet verloren voor de Wereld van de Wijsheid. Ook die wezens hebben een plekje en ook zij worden geholpen op het pad van bewustwording naar het licht toe.
Wij zien dat vrij veel mensen met vragen worstelen over de Wereld van de Wijsheid: ik weet het niet, ik kan veel uit de lessen halen, ik heb daar veel profijt van en voel ook echt de kracht en energie van ze afkomen, maar ik heb het toch anders geleerd.
Men komt dan in verwarring terecht, men voelt zich soms schuldig als men kiest voor de Wereld van de Wijsheid en komt in een loyaliteitsdilemma terecht met zijn ouders, die hem toch een andere weg hebben aangereikt als zijnde: dit is de weg van de waarheid, en die andere weg dien je niet te lopen.
Dus een mens die al verder is en op zoek gaat, komt vaak alleen te staan in zijn leven en vindt geen mensen meer in zijn omgeving en vooral niet bij zijn familie, die hem nog begrijpen.
Die zeggen niet: 'Ik weet waar je mee bezig bent, ga maar verder zoeken', terwijl verkondigd wordt: 'zoekt en gij zult vinden'. Maar deze spreuk houdt eigenlijk in: zoeken mag wel, maar tot op zekere hoogte, want als u gaat neuzen bij een van de andere godsdiensten, zit u al fout en dat is weer een zonde.
Deze regel wordt gepropageerd, en dan gaan we geen voorkeur uitspreken voor de islam, voor het jodendom of het christendom, omdat alles zijn eigen cultuurachtergrond heeft, zijn eigen mogelijkheden heeft. Maar als u al deze boeken naast elkaar legt, komt u erachter dat, ook al worden er andere woorden gebruikt, de strekking op hetzelfde neerkomt.
De strekking als zodanig is in eerste instantie doorgegeven door onze medewerkers, die door ons op deze planeet zijn geplaatst om mensen te kunnen helpen op hun pad van bewustzijn.
Wij willen dat de mens toehoort, zijn eigen conclusies daaruit trekt en eigen ervaringen op gaat doen.
Maar door de mens, die een aantal, soms best interessante dingen van ons hoort en zegt: 'Dat schrijf ik op, ik vind het zo mooi wat er nu gezegd wordt, daar hebben andere mensen ook wat aan', zijn die heilige boeken ontstaan.
Als u kijkt naar het ontstaan van die heilige boeken, dan zijn ze nooit uit een rechtstreeks spoor gekomen. Het is altijd decennia daarna dat alles op schrift gesteld is, terwijl de mensen die in eerste instantie de lessen hadden doorgegeven allang niet meer leefden en dus ook niet meer hun eigen inbreng daarin hadden. Alleen de mens die zelf onderweg is, denkt te weten wat de waarheid is en gaat van daaruit al deze lessen op papier zetten en zegt: 'Dit is de waarheid, luister naar mij, want ik weet wat goed voor jou is'. En dat propageert iedere godsdienstvorm.
Dat wil niet zeggen dat wij ons vroeger nergens toe aangesproken hebben gevoeld en daar zelf geen aandeel in hebben gehad. Alleen, wat er uiteindelijk aan vorm is overgebleven, is slechts een menselijke vorm. Wij hebben natuurlijk vanuit de Wereld van de Wijsheid heel veel moeite gedaan om de mensen die door ons daartoe uitgenodigd werden, en die in hun taak stonden, datgene door te geven wat wij belangrijk vonden vanuit de Wereld van de Wijsheid. Dat zegt dus niet dat wij alles overboord gooien. Wij zeggen alleen tegen de mens: 'Ga eens onderscheid maken, ga eens voelen in uzelf of het nog klopt met hoe u nu in het leven staat en of u zich nog kunt herkennen in al deze oude regeltjes'.
En als een mens zich daarin herkent en zegt: 'Het voelt voor mij hartstikke goed, alsof het één is met mij',
wie zijn wij dan om te zeggen: 'Meneer/mevrouw dat mag niet, het is niet goed, want het hoort nog bij de oude godsdienstvorm'.
Iedere godsdienst heeft veel snipperpartijtjes. We hoeven alleen maar naar het christendom te kijken. Er zijn een aantal paden uit voortgekomen en ieder behoudt zich het alleenrecht voor dat dát de waarheid is. En geen mens is daarvan verschoond gebleven in zijn opvoeding.
Dus uw denkkap zit aardig vol met allerlei godsdienstige regeltjes, met allerlei beelden die daarin verpakt zitten. En of het nu te maken heeft met uw rol als vrouw of uw rol als man, het heeft allemaal zijn wortels in godsdienstige teksten.
Dus wij vragen: kijk hoe het voor u was in uw jeugd, hoe de godsdienst een behoorlijk grote invloed heeft gehad op u, en waar u nu nog last van heeft.
Soms hoeven mensen helemaal niet zo ver terug te grijpen in hun herinnering en staat het hun nog heel duidelijk voor ogen hoe daar vroeger mee omgegaan werd. Hoe mensen voor het eten eerst moesten bidden, of voor het slapen gaan eerst op hun knieën zakten om een gebedje te prevelen. Daarbij dankbaarheid moesten tonen dat het een goede dag was geweest en vragen of het morgen ook weer een goede dag mag worden. Ieder van u kent wel deze vormen van gebed. Maar de mens die hier als kind in opgegroeid is, krijgt langzaamaan het gevoel: dat heb ik wel gehad, dit hoort niet meer bij mij.
Toch zien wij dat in de denkkap nog allerlei spoortjes zijn blijven hangen vanuit die godsdienstige normen en beelden die u als kind hebt meegekregen. Of het nu van uw ouders was of via school was of via het verenigingsleven: geen één mens is van deze spoortjes van beeltenissen vrij gebleven.
Godsdiensten waren in eerste instantie alleen maar een vorm van lessen, zoals die ook nu, via Magda, gegeven worden en meer is het van ons uit niet geweest.
Maar wij zien ook hoe de macht van kerken, de macht van godsdiensten wijd verspreid is.
U weet dat wij geen macht mogen gebruiken, want macht hangt altijd samen met trillingen van zware energieën, zoals de mens, die alleen maar met godsdienstfrasen bezig is, deze kent als de hel of het vagevuur. Als wij ons van macht bedienen, verbinden we ons met deze trilling en dat is het laatste wat wij willen.
Wij zeggen alleen: 'Deze trillingen bestaan bij ons en daar sluiten wij onze ogen niet voor'. Maar wij mogen een mens nooit ergens toe dwingen en wij willen ook niet dat een mens achter ons aan loopt.
Want wij horen vaak: nu weet ik het niet meer, hoe zou de Wereld van de Wijsheid ernaar kijken? en dan gebruikt men ons als vraagbaak: wat zou er werkelijk bij mij horen?
Terwijl als u weet dat ieder mens, maar ook ieder wezen, uniek is, kan een boodschap voor de een heel belangrijk zijn, maar hoeft dat voor de ander niet te gelden. Dus ook hier zeggen wij: 'Ga naar uzelf terug, leg contact met uw eigen wezen. Die reikt u wel aan wat werkelijk bij u hoort'.
Zo kunt u merken dat een godsdienstvorm alleen maar uiterlijke franje is, een mogelijkheid is voor de mens die onderweg is en die nog niet de behoefte voelt om zich te verdiepen in de Wereld van de Wijsheid, om daar rust in te vinden, steun in te vinden.
Maar ook in de tien geboden, en iedere godsdienstvorm heeft zich deze tien regels eigen gemaakt, ziet men een vorm van leidraad in het leven.
In de godsdiensten komen verschillende trillingen samen:
- De mens in de oranje trilling ervaart het gevoel ergens bij te horen.
- De mens in de gele trilling ervaart antwoorden.
- De mens in de groene trilling is aanwezig om de geestelijke wereld bij zijn leven te betrekken.
- De mens in de blauwe trilling is op zoek naar kennis, het begin van alle 'weten', bijvoorbeeld: de grondvesten van de religies.
Het wij-gevoel
Van ons uit is het nooit de bedoeling geweest dat er een gezamenlijk doel ontstond. Het is iets dat door mensen is opgezet en binnen de kerkdiensten tot uiting komt in het samen zingen, samen bidden.
Daarin vindt u het wij-gevoel: iedereen hoort bij deze gemeenschap en samen staan we sterk, maar dit hoort bij de oranje trilling. De godsdiensten hebben zich hierin een plek veroverd, maar dit houdt tegelijkertijd ook een vervlakking in.
Godsbeeld
Menigeen heeft een beeld hoe God eruit zou zien, maar wij in de Wereld van de Wijsheid kennen geen godsbeeld, wij kennen wel de AL-KRACHT, de al-kracht is de energie die alles samenbrengt, waarin alles samenhangt en die een onderlinge verbinding tot stand brengt. U kunt dat God noemen, wij kunnen alleen maar zeggen: 'Dit is De AL-KRACHT waarin alles aanwezig is', en wij kunnen ons hier geen beeld van vormen.
***